Op de radio, in de krant, overal gedichten.
Ook bij Atelier Ullizee.
Onlangs was ik een dagje in Gent en daar kreeg ik het volgende boekje in mijn handen: 'Waarom je moeder en ik bijna altijd een kamerjas dragen. Brieven aan mijn zoon.' van Wouter Deprez.
Ik was meteen verkocht,
ook wel met de bedoeling om een briefje (gedichtje) te gebruiken op mijn blog vandaag!
XXXXVII
Dag zoon,
Ja!
Ik ben blij dat je een zoon bent.
Ik wilde een zoon.
Om samen mee te voetballen.
Niet dat ik graag voetbal.
Maar voor jou wil ik graag een uitzondering maken.
En als jij niet graag voetbalt,
dan wil jij voor mij misschien ook een uitzondering maken.
Dan zullen we daar samen staan voetballen.
Niet omdat we dat graag doen, maar voor elkaar.
Omdat we vader en zoon zijn.
Zwaar tegen onze zin staan voetballen.
In stilte.
In die koude tuin.
Half naast de bal trappen.
En er godverdomme nog om moeten lopen ook.
En maar hopen dat je moeder, mijn lief, snel roept:
'Sorry jongens, stoppen met voetballen, komen eten!'
En dan tegen elkaar zeggen:
'Spijtig. Maar het was toch fijn, hé?'
'Ja, vader.'
'Ja, zoon.'
Zo samen voetballen.
Je vader
Uit: Waarom je moeder en ik bijna altijd een kamerjas dragen. Wouter Deprez
Leuke keuze (waar ons oog al direct was op gevallen) uit een erg leuke bundel. Vermakelijk, breekbaar en origineel.
BeantwoordenVerwijderen(en zalig uitstapje was dat in Gent)